248816
 
 
 
 
 

     Menu:

> Startscherm
> Schrijvers
> Verhalen
> Open verhalen
> FAQ
> Vintage

Even
Autsch!!!
Door: Rapunzel
Commentaar van de schrijver:
Eerste post van deze week =)
Categorie: Drama / Roman
Geschatte leestijd: ca. 8 minuten

Het was zover, de dag dat Karlijn naar het ziekenhuis zou gaan voor de spierbiopt.
“Meisje, wakker worden.”, voorzichtig raakte Janine haar dochter aan om haar wakker te maken, “Karlijn meisje, we moeten aankleden, eten en naar het ziekenhuis.”
“Oh, nee, geen zin…”, zei Karlijn met een slaperig gezichtje toen de wakkere wereld om haar heen een beetje tot haar doordrong.
Janine nam plaats op de bedrand en streek het haar uit Karlijns gezicht, “Zal toch moeten meisje. Maar wij gaan met je mee.”
“Hmhm. Weet ik, maar ik heb geen zin”, zei Karlijn met een ernstig gezicht.
“Nou, kom op. Eruit en aankleden.”, probeerde Janine met een glimlach en een klopje op Karlijns achterwerk.
“Jij vindt het ook niet leuk. Geef maar toe.”, speelde Karlijn in op het gevoel van haar moeder, die net op wilde staan.
“Nee, maar dat maakt in dit geval helemaal niks uit, meisie. Mama wil wèl heel graag weten wat er met jou aan de hand is. En dat ik het niet leuk vind voor jou… nee, dat is zo…”, ze zakte weer terug op de bedrand, “Maar één ding heb ik wèl gedaan en niet alleen vanmorgen toen ik wakker werd… ik heb voor je gebeden Karlijn.”
Karlijn glimlachte door opkomende tranen, die ze geen kans wilde geven door te breken, heen, “Dank je wel mam. Dat helpt, dat weet ik zeker. Hij is erbij, ook vandaag. En ook al doet het zeer… ik sla me er wel doorheen.”
“Dat is mijn sterke meid! Nou zullen we?”, Janine stond nu echt op om Karlijn de ruimte te geven uit bed te kruipen.
“Ja, kom er zo aan, even aankleden en zo. Dan kom ik naar beneden, maar ik hoef niet zo veel te eten, heb niet zo`n honger.”, waarschuwde ze haar moeder al van tevoren.
“Geeft niet, dan maar een boterham zonder korsten met een glas melk.”, zei Janine en terwijl ze knipoogde zei ze, “Voor deze keer.”

In de auto onderweg naar het ziekenhuis had Bertrand de boel een beetje willen opvrolijken door allerlei Nederlandstalige liedjes uit zijn jeugd te zingen. Karlijn kende de liedjes, niet volledig maar delen ervan en de melodielijn wist ze sowieso wel mee te neuriën. Het viel haar zelf op dat ze na een poosje haar biopt-zorgen even vergat en stukjes meezong met haar vader.
Eenmaal in de wachtkamer zat Karlijn nerveus te wachten op het afroepen van haar naam.
Janine en Bertrand probeerden de wachttijd te verkorten en te veraangenamen door om de haverklap met een ander idee of een ander verhaal aan te komen. Van tijdschriften lezen tot vragen stellen over school, de docenten, de vakken, eigen verhalen over vroeger of van het werk…, alle registers werden open getrokken door beide ouders, maar Karlijn bleef zenuwachtig alle goede pogingen van zich afzetten en nerveus opveren iedere keer dat ze een deur hoorde of er iemand langs hen liep.
Na ongeveer twintig minuten in de wachtkamer te hebben gezeten en de mensen die daar zaten te hebben bestudeerd, hoorde ze haar naam: ”Karlijn Vanderlinden!”
Het was een jonge broeder met een grappig gekleurd haarnetje op. Hij had een button met daarop zijn naam op zijn witte kleding opgespeld.
`Jakob Verbist`, las Karlijn.
“Dag jonge dame, jij mag met mij meekomen.”, en had stak een hand uit om zich aan Karlijn voor te stellen, “Ik ben Jakob.”
“Karlijn.”, zei Karlijn, die zich meteen daarna afvroeg waarom ze dat zei, want hij wist haar naam al.
“Sorry, meneer, mevrouw Vanderlinden, u mag helaas niet mee, maar ik beloof dat ik uw dochter weer heel aflever.”, en met deze luchtige woorden probeerde Jakob Verbist de ouders van Karlijn een beetje gerust te stellen, en met een blik op Karlijn, die hem schuw terug aankeek, vervolgde hij met, “Het is al een hele dame, dus die kan dat best alleen.”

“Je weet al een beetje wat we gaan doen toch?”, vroeg Jakob, terwijl hij de lange gang naar de operatiekamers met haar door liep en Karlijn nogal beteuterd had gekeken sinds hij gezegd had dat haar ouders niet mee hadden gemogen, ook niet alleen één van de twee, “Dokter Kloosterziel heeft je al iets ervan verteld?”
“Ja, sneetje in m`n been om een stukje spier eruit te halen.”, gaf Karlijn de kortste versie van hetgeen haar vandaag te wachten stond.
“Ja, zoiets ja. In het heel héél kort.”, lachte Jakob, zijn rechterhand reikte inmiddels naar een deurklink en terwijl hij de deur opende en zijn arm uitnodigend richting de kamer stak, zei hij, “Gaan we hier naar binnen.”

“Trek je bovenbroek alvast maar even uit, en ga maar op de operatietafel zitten, dan laat ik intussen dokter Kloosterziel en dokter Grootjens weten dat jij er bent.”, zei Jakob en hij wees naar het bed midden in de kamer met een wit laken er over heen.
“Oké.”, bracht Karlijn nog net uit voordat Jakob, door een andere deur dan die waar ze door naar binnen gekomen waren, verdween.

Karlijn schrok toen de deur ineens weer openging. Ze zat stilletjes in haar eigen gedachten verzonken op de operatietafel en het plotselinge geluid deed haar opschrikken.
“Zo, daar ben ik weer. De dokters komen zo en ik ga je alvast even klaarmaken voor de ingreep.”, zei Jakob met een glimlach en hij boog zich voorover om verschillende zaken uit de kastjes aan de muur te pakken.
`Lijkt net een aanrecht`, dacht Karlijn.
“Je bent nerveus, hè?”, vroeg Jakob.
‘Hmhm, ja.”, antwoordde Karlijn en ze knikte bevestigend.
“Niet nodig, het komt vast wel goed.”
`Ja, dat zegt iedereen`, dacht Karlijn, `Maar ik zit hier wel en zij niet.`
“Maar ja, dat zegt vast iedereen.”, zei Jakob.
“Ja, inderdaad.”, veerde Karlijn op. `Zou Jakob haar gedachten kunnen lezen?`
“Stom hè?”, zei Jakob, “Maar dan zal het toch ook wel zo zijn, als iedereen dat zegt?”
“Mja, misschien wel.”, zei Karlijn, al hield ze zichtbaar nog een slag om de arm bij het gezegde `als iedereen het zegt, zal het wel zo zijn`.
“Maar jij wilt eerst zien en dan geloven?”, lachte de broeder, die merkte dat Karlijn zich niet voor één gat liet vangen en zeker niet van plan was klakkeloos alles zomaar aan te nemen, “Geef je geen ongelijk, hoor. Maar toch denk ik dat het best goed komt.”
Intussen had Jakob alle benodigdheden op een bijtafeltje gelegd en vroeg aan Karlijn, “Ben je ergens allergisch voor?”
“Nee, niet dat ik weet.”, zei ze schouderophalend.
“Dan zullen we je rechterbeen eens in het jodium gaan zetten. Leg je benen maar eens op het bed.”, en Jakob begon het been van Karlijn in te kleuren met een flinke scheut jodium, “Noemen ze ook wel polyvinylpyrrolidon-joodcomplex. Vies kleurtje, hè”, hield Jakob het gesprek gaande. Hij wist dat hij zijn jeugdige patiëntjes aan de praat moest houden, totdat de dokter er was. Zo kon hij een beetje hun zenuwen wegnemen en waren ze iets ontspannener als de doktoren kwamen voor de daadwerkelijke ingreep.
“Waarvoor is dat?”, vroeg Karlijn nieuwsgierig.
“Dat is voor het, met een moeilijk woord, desinfecteren. Het zorgt ervoor dat bacteriën en ander vuil gedood worden.”, legde Jakob uit, “Dan kunnen de dokters beter hun werk doen, op een schone ondergrond.”
Bij de laatste zin van Jakob had Karlijn zo`n grappig gezichtje getrokken dat Jakob niet anders kon dan lachen, “Ja, gek hè, dat ik dat zo zeg.”
“Ja, hihi, een schone ondergrond. Het is mijn been!?”, lachte Karlijn nu ook.

Na ongeveer een kwartier, dat met gemak volgepraat was door Jakob, kwamen de dokters Kloosterziel en Grootjens de kamer binnen en begonnen ze aan de ingreep die na iets meer dan een uur voorbij was.
Jakob kwam met een rolstoel aangelopen en hielp Karlijn daarin plaats te nemen.
“Rij ik je even naar de spreekkamer toe en dan haal ik je ouders.”, zei hij tegen Karlijn, die hem met een bleek gezichtje aan zat te kijken en hij legde onder het rijden naar de spreekkamer zachtjes en meelevend een hand op haar schouder, “Zal ik nog iets te drinken voor je meenemen…? … Beetje water misschien?”, vroeg hij toen hij geen antwoord van Karlijn terugkreeg, “Ben zo terug.”

“Neemt u plaats, meneer, mevrouw Vanderlinden.”, zei dokter Kloosterziel met een blik op de stoelen voor het bureau, “Ik wilde nog graag even met u bespreken hoe de ingreep gegaan is en wat we nu precies gedaan hebben.”
“Dank u, stellen we op prijs.”, zei Bertrand en hij keek van Janine naar dokter Kloosterziel en legde vervolgens zijn hand op de arm van Karlijn die nu in de rolstoel, tussen haar beide ouders in zat. Janine deed het hetzelfde aan de andere kant en keek met een bezorgde uitdrukking naar het zielige, stille, bleke hoopje mens naast haar, die haar met een voorzichtige glimlach gerust probeerde te stellen.
“Mijn collega, dokter Grootjens, zal zo ook nog even aanschuiven.”, en op het moment dat Channah Kloosterziel dit zei ging de deur open en stapte dokter Grootjens de kamer in, “Ah, daar zal je hem al hebben!”
“Goedendag, meneer en mevrouw Vanderlinden, dokter Grootjens is de naam.”, stelde Eric Grootjens zichzelf aan Bertrand en Janine voor.
“Aangenaam.”, zei Janine. Bertrand knikte alleen.
“Goed, nu we compleet zijn, zal ik u vertellen wat we gedaan hebben en hoe we verder denken te gaan vanuit hier.”
“Prima.”, gaf Bertrand ongevraagd nogmaals zijn instemming en goedkeuring.
“De ingreep is niet geheel pijnloos verlopen, omdat we niet alles kunnen verdoven, maar Karlijn heeft zich kranig weten te houden. Sterke meid.”, knikte ze naar Karlijn, die onbewogen van het goed bedoelde complimentje bleef zitten, “De biopt uit haar dij is helaas mislukt doordat dokter Grootjens, om verschillende redenen, een kleine snee wilde maken. Dit weefsel bleek echter na eerste controle niet “mooi” genoeg om voldoende onderzoek mee te kunnen verrichten en aan de hand daarvan dus een duidelijke conclusie te kunnen trekken.”, Channah slikte eens, haalde adem en vervolgde, “Daarom hebben we ervoor gekozen een grotere snee van ongeveer acht centimeter te maken in de kuit in de hoop mooier en bruikbaarder weefsel te vinden. We hebben van het stukje spier dat we op deze plek wisten te extraheren wederom meteen een plakje onder de microscoop in de operatiekamer gelegd en hieruit bleek dat dit een goed bruikbaar stuk spier is voor nader onderzoek. De rest is meteen opgestuurd naar ons laboratorium alwaar het verder onderzocht zal gaan worden. Over ongeveer drie weken hoop ik daarvan de uitslag tegemoet te kunnen zien.”, ze keek Karlijns ouders aan, wachtte even en zei, “Ik begrijp dat dit een tegenslag, een teleurstelling voor Karlijn, en wellicht ook u, betekent. Het houdt ook in dat ze langer zal moeten revalideren van deze ingreep dan eerder gezegd, aangezien we een grotere snee hebben moeten maken en een groter stuk spier weggenomen hebben. Toch zal ze meteen vandaag nog mee naar huis mogen gaan. We hebben de wonden beide gehecht en er een drukverband om gedaan. Ik zal u straks nog even een paar tips meegeven in verband met wondverzorging, belasting en dergelijke.”
“Tsjonge, nou dat is nogal wat. Ben je twee keer toegetakeld, meid.”, zei Bertrand met een meelevende blik op zijn dochter.
“Hmhm. Deed best zeer.”, zei Karlijn zielig.
“Ja, dat wil ik best geloven, Karlijn.”, zei dokter Kloosterziel, “Het spijt me, meisje, maar het kon niet anders.”
“Viel het niet te verdoven dan?”, vroeg Janine.
“Jawel, maar… ik zal het u proberen uit te leggen.”, zei Channah Kloosterziel, “Of misschien dat dokter Grootjens dat kan doen?”
Eric Grootjens kuchte eens en zei, “Hmm, jawel, natuurlijk. Eens zien… Bij het wegnemen van spierweefsel, is het altijd lastig te zien wat wel en niet verdoofd moet worden. De bovenste huidlagen kunnen we altijd sowieso verdoven, en dit hebben we ook gedaan. Maar het risico op het raken van een zenuw is bij dit soort ingrepen ook altijd erg aanwezig. En het raken en opzij leggen van juist de zenuwen is altijd erg gevoelig, maar dit kan dan ook niet verdoofd worden. Ook het wegnemen van het spierweefsel zelf veroorzaakt een trekkend gevoel. Dit kan ook erg vervelend zijn.”
“Aha.”, zeiden Janine en Bertrand gelijktijdig. Ze keken elkaar eens aan. Geen van beiden hadden ze precies begrepen wat dokter Grootjens stamelend uit had proberen te leggen, maar geen van tweeën voelden ze de noodzaak het nogmaals uitgelegd te krijgen.
“Ja, snapt u, dat is dus het lastige hieraan.”, zei dokter Grootjens.
“Hmhm.”, bromde Bertrand, “Ja, goed, dank u.”
“Volgende week staat de scan gepland, zie ik hier staan. Dan moet de wond al een stuk genezen zijn. Ik schrijf nu ook meteen nog even een bloedprikpapier uit. Als u zo vriendelijk zou willen zijn volgende week voor of na de scan ook nog even langs het lab te willen gaan, dan hebben we meteen nieuwe bloeduitslagen beschikbaar.”, zei dokter Kloosterziel met een blik op het beeldscherm voor haar, “Goed, dan nu nog even over de verzorging thuis en de belasting die Karlijn mag geven aan haar been.”
Gepost op 20-09-2011 om 20:55 uur
83 keer gelezen
<< Vorige in deze serie

Alle verhalen in deze serie (Even)
Alle verhalen van deze schrijver (Rapunzel)



Door:
oo balen nog mer tegenslagen
hopendat het gauw goed komt




mooie post hoor
Gepost op 21-09-2011 Om 07:14
Dank je, Yanaika! =)

Ach v.w.b. de tegenslagen... je moet maar zo denken: ondanks de tegenslagen blijft Karlijn een positief ingestelde meid, die plezier kan hebben in en blij en tevreden kan zijn met de kleinste dingen. En zolang je dat kunt, ben je volgens mij nog een gelukkig mens.

*flower*
Gepost op 21-09-2011 Om 09:43

Door:
da is waar
Gepost op 21-09-2011 Om 09:45

Door:
Hetig hoor, maar wel realiteit voor sommigen.
Mooi geschreven.
Gepost op 22-09-2011 Om 16:27
Jah, jammer genoeg wel... verdient niemand.

Enne... dank je! =)
Gepost op 22-09-2011 Om 19:34

Door: EsQuizzy

Pfff. Intensieve post.

Arme Karlijntje…

Maar… een dokter Eric!?
Je gaat me toch niet vertellen dat jij daar geen heel vervelende smaak van in je mond krijgt, Rapunzel? Daar moest ik wel even overheen stappen hoor. Als ik die man was zou ik een andere voornaam nemen. Hint: MCW.

Heel (te) realistisch weer, ik vind dit echt niet fijn om te moeten lezen...

Nog even: zit ipv dit?

‘jongedame’ is doorgaans, op demanier waarop het hier gebruikt wordt, één woord. Maakt misschien niet echt uit, maar er zijn er zijn maar weinig mensen die daar een spatie uitspreken, als ze hem al bedoelen. ik zou voor de éénwoordige variant kiezen.

Wat ik niet helemaal volg.

Eerst mochten geen van beide ouders mee. Daarna is Karlijn teleurgesteld dat één van de ouders niet mee kon, terwijl géén van de ouders méé is. Of lees ik nou zo krom?

Explain.

Verder!!!

Gepost op 22-09-2011 Om 18:45
Hey, ben je weer helemaal bijgelezen?

Sorry… ken MCW niet, en dus ook dr. Eric niet… weer een hiaat in m`n opvoeding??

Zit i.p.v. dit… dacht zeker in het Frans op dat moment, hahaha.

Had Jakob het bewust los laten uitspreken hier… h`m misschien toch aan elkaar (zoals het hoort) of even een accentje op jonge of dame?? Idee??

Vwb “ouders”… zo beter?? Was idd béétje krom…

Helpt het je bij het “echt niet fijn vinden dit te moeten lezen”, als ik je vertel dat het mij erg helpt bij het van me af schrijven van ervaringen… Ik kan je ècht niet beloven dat het fijner wordt… al blijf ik afwisselen met leuke/minder leuke dingen in de posts… nèt het echte leven
Je moet maar zo denken:
Het leven is als een regenboog. Buien en zonneschijn zijn allebei nodig om het kleur te geven.
En ook al gaat je pad niet altijd over rozen… paardenbloemen kunnen óók heel mooi zijn.

O ja, enne… ik ben al “Verder!!!”
Gepost op 22-09-2011 Om 19:43

Door: Rapunzel
Bij gebrek aan smiley`s in mijn reactie hierboven

Gepost op 22-09-2011 Om 19:47

Door: EsQuizzy

Dokter Erik (of Eric, weet ik niet) was de slechterik in Medisch Centrum West, een ziekenhuisdramaserie van een heel aantal geleden.

Hij was ècht een griezel.

W.b. ‘jongedame’, ik ken Jakob niet, maar tenzij hij iemand is die zenuwachtige, angstige tienermeisjes ongemakkelijk op hun gemak probeert te stellen met bijdehante woordspelingen en overdreven blij doen (en zo komt hij niet op me over), lijkt hij mij meer iemand die heel veel medeleven met Karlijn heeft omdat hij heel goed weet wat er gaat gebeuren en dat het haar flink pijn zal doen. En dus het ‘jongedame’ respectvol en tactisch zal zeggen. En in dat geval: ja, als één woord zonder accenten. Maar dat is MPI van hem.

Mijn persoonlijke indruk.

Verder? Goedzo. Ik ga zo óók weer verder met mijn verhaal.



Gepost op 22-09-2011 Om 20:13

Door: EsQuizzy

Ja, dat helpt wel, Rapunzel.
En je hebt helemaal gelijk.





Gepost op 23-09-2011 Om 19:14

Dit werk is ingezonden op http://www.blocnoot.nl en blijft te allen tijde eigendom van de feitelijke auteur van het werk (of bloCnoot zolang de auteur niet kan worden teruggevonden). Zonder toestemming van de feitelijke auteur mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen. BloCnoot zal nooit toestemming geven indien de auteur niet teruggevonden kan worden. Mocht er sprake zijn van misbruik van de inhoud van het gepubliceerde werk op welke manier ook zullen er (in samenspraak met de auteur) stappen ondernomen worden.